Buitenlandse partijen die werknemers detacheren naar Nederland gebonden aan cao

In een eerder artikel legden wij al uit welk recht van toepassing is bij werken in het buitenland. In deze zaak moest het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch de vraag beantwoorden in hoeverre een buitenlandse partij die werknemers detacheert in Nederland gebonden is aan een algemeen verbindend verklaarde cao.

Wat speelde er in deze zaak?

Twee Poolse werkgevers houden zich bezig met het detacheren van werknemers naar Duitsland, België en Nederland. De werkgevers maken daarvoor gebruik van werknemers die een arbeidsovereenkomst hebben naar Pools recht. De Stichting Naleving Cao voor Uitzendkrachten (hierna: SNCU) ziet erop toe dat de cao voor Uitzendkrachten correct wordt nageleefd. SNCU heeft de werkgevers schriftelijk gevraagd om gegevens aan te leveren zodat zij kan controleren of de werkgevers hun verplichtingen uit hoofde van de cao voor Uitzendkrachten nakomen. De advocaat van de werkgevers laat weten dat zij geen gehoor zullen geven aan dit verzoek.

In deze procedure vordert SNCU onder meer dat de werkgevers worden veroordeeld tot naleving van de cao voor Uitzendkrachten op straffe van een dwangsom en dat zij medewerking verlenen aan controle door SNCU.

Standpunt SNCU

SNCU is van mening dat ook een buitenlandse uitzendorganisatie, die in Nederland werknemers detacheert, gebonden is aan de minimumvoorwaarden uit de algemeen verbindend verklaarde cao voor Uitzendkrachten, waaronder de controlebevoegdheid van SNCU en de verplichting om schadevergoeding te voldoen wanneer deze partij in gebreke blijft om de door SNCU verzochte gegevens aan te leveren.

Standpunt werkgevers

De werkgevers zijn op hun beurt van mening dat SNCU geen controlebevoegdheid heeft, of een andere bevoegdheid om informatie op te vragen. De cao voor Uitzendkrachten is volgens de werkgevers niet van toepassing. De werkgevers kwalificeren niet als uitzendondernemingen in de zin van de cao omdat zij arbeidsovereenkomsten naar Pools recht afsluiten met hun werknemers en geen arbeidsovereenkomsten naar Nederlands recht.

Oordeel gerechtshof

Internationale aspecten
Het gerechtshof gaat eerst in op de internationale aspecten. De werkgevers waren op het moment dat ze werden gedagvaard gevestigd in Polen. Daarom onderzoekt het gerechtshof eerst of de Nederlandse rechter bevoegd is om deze zaak te behandelen. Dat is het geval: het gaat om een burgerlijke of handelszaak als bedoeld in artikel 1 van de herschikte EEX-Verordening (hierna EEX-Vo).

De grondslag van de vorderingen ligt in de algemeen verbindend verklaarde bepalingen van de cao voor Uitzendkrachten Dit betekent dat het gaat om nakoming van een verbintenis die in Nederland moet worden uitgevoerd. Ten overvloede overweegt het gerechtshof dat ook art. 26 lid 1 herschikte EEX-Vo een grondslag biedt voor de rechtsmacht van de Nederlandse rechter, nu de werkgevers voor de Nederlandse rechter zijn verschenen en deze rechtsmacht niet betwisten.

Het gerechtshof zal Nederlands recht toepassen nu partijen zelf uitgaan van de toepasselijkheid van de WagwEU, en dus Nederlands recht.

Cao deels van toepassing?
Het gerechtshof stelt voorop dat in de Detacheringsrichtlijn regels zijn opgenomen over de arbeidsvoorwaarden van gedetacheerde buitenlandse werknemers die tijdelijk in Nederland arbeid verrichten. Deze Europese richtlijn heeft onder meer tot doel om een evenwicht te bereiken tussen enerzijds de bevordering van vrij verkeer van diensten binnen de Europese Unie en anderzijds de bescherming van gedetacheerde werknemers. De richtlijn is destijds in Nederland geïmplementeerd in de WagwEU en art. 2 lid 6 Wet AVV (oud).

Tussen partijen staat vast dat de werkgevers kwalificeren als dienstverrichter als bedoeld in art. 1 WagwEU, te weten: ‘degene die vanuit een andere lidstaat in het kader van transnationale dienstverrichting zijn werknemer ter beschikking stelt om tijdelijk arbeid te verrichten in Nederland’. Art. 2 WagwEU bevat een opsomming van artikelen uit boek 7 BW die van toepassing zijn op gedetacheerde werknemers van wie de arbeidsovereenkomst wordt beheerst door ander recht dan het Nederlandse recht.

Een en ander leidt tot het oordeel dat de in art. 68 en Bijlage IV vermelde bepalingen van de cao voor Uitzendkrachten op de werkgevers van toepassing zijn als zij werknemers met een Poolse arbeidsovereenkomst detacheren nar Nederland. Dit geldt ook voor de statuten en reglementen van SNCU zoals deze in art. 75 van de cao voor Uitzendkrachten zijn vermeld.

Artikel 3 van de Detacheringsrichtlijn schrijft voor dat de lidstaat erop toeziet dat een werkgever de aldaar vermelde arbeidsvoorwaarden garandeert. Dit impliceert ook het uitoefenen van controle en het afdwingen van naleving daarvan. De slotsom is daarom dat op de werkgevers de in art. 68 en Bijlage IV vermelde bepalingen van de algemeen verbindend verklaarde cao voor Uitzendkrachten van toepassing zijn.

De bevoegdheden van SNCU zien op de manier waarop een buitenlandse onderneming de WagwEU nakomt. Het gerechtshof stelt vast dat aan SNCU de bevoegdheid toekomt om te controleren en om informatie bij de werkgevers op te vragen.  Art. 17 WagwEU jo art. 2 lid 6 Wet AVV (oud) bepalen specifiek welke verbindend verklaarde bepalingen gelden voor werknemers die tijdelijk in Nederland arbeid verrichten en van wie de arbeidsovereenkomst wordt beheerst door een ander recht dan het Nederlandse recht. Daaronder vallen ook de door de werkgevers in Nederland gedetacheerde werknemers, en de werkgevers zijn daarom gehouden aan de verbindend verklaarde bepalingen in de cao over de naleving en handhaving.

Het gerechtshof komt dan ook tot het oordeel dat de in deze zaak door de SNCU gedagvaarde Poolse werkgevers gehouden zijn te voldoen aan de harde kernbepalingen uit de cao voor Uitzendkrachten, inclusief de handhavingsbepalingen. Het gerechtshof veroordeelt de werkgevers tot het verlenen van medewerking aan controle door SNCU, zulks op straffe van een dwangsom voor € 1.000,00 per dag

Conclusie

Een werkgever kan niet ontkomen aan de wettelijke regels van een land waarin de werknemer recht zou hebben op meer bescherming door het maken van een rechtskeuze voor een ander land. Zoals in ons eerdere artikel uitgelegd zijn de (kern)voorwaarden die volgen uit de Nederlandse wet of een algemeen verbindend verklaarde cao alléén van toepassing voor zover deze voor de in Nederland gedetacheerde werknemer gunstiger zijn. Als de gedetacheerde werknemer op grond van het recht dat van toepassing is op de arbeidsovereenkomst, recht heeft op gunstiger arbeidsvoorwaarden, dan blijven deze van toepassing.

Heeft u vragen over grensoverschrijdend werken? Neemt u gerust contact op met Marloes Stuurop, Martijn Huisman of Joris van Haalen.