Update rechtspraak gezondheidsrecht november 2024

Rechtbank Midden-Nederland 26 november 2024 (ECLI:NL:RBMNE:2024:6425)
Datum publicatie: 26 november 2024

Kort geding. DBA is een zorgaanbieder die onder meer zorg en ondersteuning biedt op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (hierna: Wmo). De gemeente Almere heeft aan GGD opdracht verstrekt om twee onderzoeken te verrichten naar de door DBA geleverde ondersteuning. DBA stelt dat GGD bij het uitvoeren van één van die onderzoeken onrechtmatig heeft gehandeld. DBA eist – kortgezegd – dat de voorzieningenrechter GGD verbiedt om het conceptrapport van één van de onderzoeken verder te gebruiken, dat GGD een rectificatie verstuurt en dat GGD wordt geboden om te stoppen met de twee onderzoeken of dat een andere GGD wordt belast met het uitvoeren van de twee onderzoeken. De voorzieningenrechter wijst de vorderingen van DBA af.

Rechtbank Noord-Nederland 20 november 2024 (ECLI:NL:RBNNE:2024:4635)
Datum publicatie: 26 november 2024

Zorgverzekeringswet, niet-gecontracteerde zorg, onrechtmatig handelen door inbreuk te maken op primaat van de revalidatiearts bij machtigingsaanvragen. Verbod en schadevergoeding.

Rechtbank Den Haag 4 november 2024 (ECLI:NL:RBDHA:2024:18003)
Datum publicatie: 5 november 2024

Geschil over de overschrijding van het omzetplafond voor gespecialiseerde ggz. Was de overschrijding van het omzetplafond het gevolg van de Covid-19 pandemie? Het beroep van de zorgaanbieder op primair schending van de zorgplicht, subsidiair artikel 6:258 lid 1 BW (onvoorziene omstandigheden) en meer subsidiair artikel 6:248 lid 2 BW (derogerende werking redelijkheid en billijkheid) slaagt niet.

Gerechtshof 29 oktober 2024 (ECLI:NL:GHAMS:2024:2994)
Datum publicatie: 4 november 2024

Vordering van zorgverzekeraar tot terugbetaling van declaraties voor patiëntenzorg die een psychiater heeft ingediend en de zorgverzekeraar heeft voldaan. Veroordeling tot terugbetaling wordt bekrachtigd. Omdat de psychiater in strijd met artikel 35 lid 1 Wmg heeft gedeclareerd, heeft te gelden dat de zorgovereenkomst nooit een betalingsverplichting voor VGZ in het leven heeft geroepen. De betalingen zijn daarom onverschuldigd betaald. Artikel 5.3 van de zorgovereenkomst, op grond waarvan de zorgverzekeraar eveneens gerechtigd is tot terugvordering van de frauduleuze declaraties over te gaan, is hiermee in lijn. De psychiater moet ook de onderzoekskosten terugbetalen. De vordering tot het verwijderen van de registratie van zijn gegevens in het Extern Verwijzingsregister is niet toewijsbaar. De psychiater wordt in de werkelijke proceskosten in hoger beroep van de zorgverzekeraar veroordeeld.

Rechtbank Rotterdam 12 november 2024 (ECLI:NL:RBROT:2024:11232)
Datum publicatie: 13 november 2024

In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van de stichting en de bestuurder tegen de door de NZa aan hen opgelegde bestuurlijke boetes. De NZa heeft deze boetes opgelegd wegens het overtreden door de onderneming van de artikelen 35 en 36 Wmg en de daarop gebaseerde regels en wegens het door de bestuurder feitelijk leidinggeven aan deze overtredingen. Gelet op de uitdrukkelijke wens van de wetgever is het de NZa niet toegestaan spookfacturering te beboeten door het aantal verantwoorde uren af te zetten tegen het aantal gedeclareerde uren. Beboeting daarvoor komt in strijd met het lex certa-beginsel. Wel terecht beboeting wegens hanteren van te hoge tarieven voor geleverde zorg en wegens administratieve tekortkomingen.

College van Beroep voor het bedrijfsleven 19 november 2024 (ECLI:NL:CBB:2024:828)
Datum publicatie: 19 november 2024

Vervolg op een eerdere uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven van 21 november 2023 (ECLI:NL:CBB:2023:634). Met die eerdere uitspraak kregen de apothekers gelijk en oordeelde het College dat de NZa geen zorgvuldig onderzoek had gedaan naar de noodzaak van het nieuwe declaratievoorschrift voor de afgifte van medicijnen in zogeheten medicijnrollen (baxterrollen). Het College stelde het declaratievoorschrift voorlopig buiten werking. Daarna heeft de NZa het declaratievoorschrift definitief uit de regelgeving verwijderd. Partijen zijn het erover eens dat daarmee wordt teruggekeerd naar de oude situatie, maar zij verschillen van mening wat dat voor de manier van declareren betekent. Het College is van oordeel dat de NZa zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat er in 2022 geen regel bestond over de manier van declareren voor de verstrekking van geneesmiddelen door middel van een baxterrol. Dat betekent dat beide manieren van declareren (per geneesmiddel of voor het geheel van geneesmiddelen) weer zijn toegestaan en dat apothekers en zorgverzekeraars vrij zijn om daarover zelf afspraken te maken. De beroepen van de apothekersorganisaties zijn deels ongegrond, deels niet-ontvankelijk.

Rechtbank Amsterdam 23 oktober 2024 (ECLI:NL:RBAMS:2024:6630)
Datum publicatie: 1 november 2024

Klacht over het doorbreken van de geheimhoudingsplicht van behandelaren (artikel 8:34 Wvggz) in het kader van uitgevoerde verplichte zorg. De rechtbank is van oordeel dat er weliswaar sprake was van een verhoogd suïciderisico bij verweerster en ziet in het kader van de behandeling en de begeleiding wel het belang van het betrekken van naasten bij betrokkene, maar dan nog geldt dat er eerst expliciet toestemming aan haar gevraagd had moeten worden, waarna bij een weigering beoordeeld en vastgelegd had moeten worden of het verstrekken van informatie aan de moeder van verweerster noodzakelijk was vanwege een acute dreigende levensgevaarlijke situatie. De rechtbank is van oordeel dat de beslissing van de klachtencommissie waarbij de klacht van verweerster gegrond is verklaard, in stand moet blijven.

Rechtbank Gelderland 11 november 2024 (ECLI:NL:RBGEL:2024:7772)
Datum publicatie: 27 november 2024

Beslissing tot het overgaan tot een aantekening zoals bedoeld in artikel 8.28 van het Uitvoeringsbesluit Wkkgz kwalificeert als een besluit in de zin van de Awb; rechtbank verklaart het beroep gegrond.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 12 november 2024 (ECLI:NL:RBZWB:2024:7707)
Datum publicatie: 18 november 2024

Kort geding. Eisers zijn op grond van de waarneemovereenkomst niet meer gehouden om de huisartsenpraktijk van gedaagde waar te nemen nu gedaagde langdurig arbeidsongeschikt is. Er bestaat geen grond voor het doorsturen van post aan eisers of berichtgeving dat eisers de praktijk van gedaagde waarnemen. Gedaagde moet hier dan ook mee stoppen. De vordering van eisers is toegewezen.

Raad van State 20 november 2024 (ECLI:NL:RVS:2024:4766)
Datum publicatie: 20 november 2024

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is van oordeel dat de huidige regeling waarbij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) onder bepaalde voorwaarden uit zichzelf toestemming geeft om een geneesmiddel waarvoor geen vergunning is verleend uit het buitenland te halen bij een tekort, in strijd is met de wet. De IGJ mag niet zomaar beslissen dat apothekers medicijnen uit het buitenland mogen halen als Nederland met een tekort kampt. De huidige regeling waarbij de inspectie uit zichzelf import toestaat, is in strijd met de Geneesmiddelenwet. Import van medicijnen mag enkel nog worden goedgekeurd indien daar een voorafgaand verzoek van een arts aan ten grondslag ligt.