Ontslag wegens vertrek echtgenoot naar concurrent

In de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 2 juni 2022[1] leidde een huwelijksrelatie tot een onwerkbare situatie op de werkvloer, waarna de werkgever ontbinding van de arbeidsovereenkomst heeft verzocht. De rechtbank boog zich over de vraag of sprake is van een redelijke grond voor ontbinding, of dat dit zou leiden tot een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de werkneemster.

De achtergrond

In deze zaak gaat het om een werkneemster die met haar echtgenoot in hetzelfde bedrijf werkt. De werkneemster als administratief medewerkster, de echtgenoot in het Management Team. Tussen de werkgever en echtgenoot had op enig moment een bespreking plaatsgevonden over de overname van de aandelen en de directiefunctie binnen het bedrijf door de echtgenoot.

Deze plannen strandden, waarna een andere persoon de aandelen en de directiefunctie uiteindelijk overnam. Dit leidde tot spanningen in de arbeidsrelatie – en volgens werkgever tot een arbeidsconflict – met de echtgenoot, waarop hij het bedrijf heeft verlaten en hij is overgestapt naar een concurrent. De werkgever heeft de arbeidsovereenkomst met de werkneemster voortgezet, maar wel het thuiswerkaccount geblokkeerd, omdat de werkgever vreesde dat zijn bedrijfsinformatie anders bij de echtgenoot, en dus bij de concurrent, terecht kon komen. Ook collega’s voelden ongemak door de ontstane situatie en werden daardoor terughoudend in het uitwisselen van bedrijfsinformatie in de aanwezigheid van de werkneemster.

Volgens de werkgever is een onwerkbare situatie ontstaan die onoplosbaar is, gezien de voorgeschiedenis tussen de werkgever en de echtgenoot, de onmogelijkheid tot het wegnemen van het ongemak en de onmogelijkheid tot herplaatsing van de werkneemster op een andere functie.

De werkneemster betwist de onhoudbare situatie, evenals het arbeidsconflict dat tussen de werkgever en de echtgenoot zou hebben bestaan. Ook zegt de werkneemster geen toegang tot concurrentiegevoelige informatie te hebben omdat i) zij feitelijk werkzaamheden uitvoert voor de zusteronderneming, ii) op haar werkplek geen concurrentiegevoelige informatie uitgewisseld wordt en iii) belangrijke gesprekken achter gesloten deuren plaatsvinden. Verder is volgens de werkneemster geen sprake van ongemak of een gespannen sfeer, en zou het anders aan de werkgever zijn om aan een oplossing te werken. Bovendien zou het ontslag een inbreuk maken op de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer van artikel 8 EVRM.

Het oordeel van de rechter

De rechter gaat er allereerst van uit dat sprake moet zijn geweest van een arbeidsconflict tussen de werkgever en de echtgenoot, omdat die relatie onder druk is komen te staan door de misgelopen overnamebespreking. Mede om die reden is het begrijpelijk dat de werkgever zorgen heeft over concurrentiegevoelige informatie die via de werkneemster bij de echtgenoot terechtkomt. Gezien de voorgeschiedenis tussen de werkgever en de echtgenoot is namelijk denkbaar dat de echtgenoot in die informatie geïnteresseerd blijft.

Ook is van belang dat zelfs geringe informatie waartoe de werkneemster toegang heeft (zoals inkoopfacturen) al betekenisvol kan zijn voor de concurrent. Daarbij is het niet doenbaar om vertrouwelijk overleg altijd buiten het zicht of gehoor van de werkneemster te hebben.

Een opvallende overweging is dat bij dit alles wordt niet getwijfeld aan de integriteit of betrouwbaarheid van de werkneemster. Van belang is dat de kans groot is dat de bedrijfsinformatie onbedoeld via de werkneemster bij de echtgenoot terecht komt.

Gelet op deze omstandigheden kan van de werkgever niet in redelijkheid gevergd worden dat de arbeidsovereenkomst voortduurt. De rechter wijst het verzoek om ontbinding op grond van artikel 7:669 lid 3 onder h BW (andere omstandigheden) dan ook toe.

De eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer van werkneemster staat hieraan niet in de weg. Niet het huwelijk zelf was namelijk aanleiding tot de ontbinding, maar de samenloop van de volgende omstandigheden: de omstandigheden waaronder werkgever en echtgenoot uit elkaar zijn gegaan (het arbeidsconflict), het feit dat zij concurrenten zijn en zich richten op dezelfde (soorten) klanten en de vrees dat bedrijfsinformatie onbedoeld in handen van die concurrent komt.

Conclusie

Op het eerste gezicht voelt het misschien wrang dat deze werkneemster ‘gestraft’ wordt vanwege het feit dat haar echtgenoot als gevolg van een arbeidsconflict het bedrijf heeft verlaten. Maar, omstandigheden zoals in het onderhavige geval kunnen ertoe leiden dat het juist voor een werkgever onredelijk en niet doenbaar zou zijn om een dergelijke werknemer in dienst te houden. Er rest geen andere oplossing dan de onhoudbare situatie te beëindigen.

Een interessante uitspraak die laat zien dat werken als partners binnen hetzelfde bedrijf tot specifieke problemen kan leiden en dat het verstandig is om hierover na te denken.

Heeft u vragen over verhoudingen op de werkvloer en de gevolgen daarvan? Neem dan contact op met Joris van Haalen of een van de andere collega’s van de Business Unit Arbeidsrecht.
Dit artikel is mede geschreven door Anneloes van Boeijen (student-stagiaire).

[1] ECLI:NL:RBMNE:2022:2152.

Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken?