Onderaanneming in de zorg

Voorwaarden van de zorgverzekeraar gelden niet altijd voor onderaannemer

Zorgaanbieders maken bij zorgverlening regelmatig gebruik van onderaanneming en onderaannemers. De zorgaanbieder bij wie de zorgverzekeraar de zorg inkoopt (de hoofdaannemer) sluit daarvoor doorgaans een onderaannemingsovereenkomst met de onderaannemer. Op 28 januari 2020 heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden geoordeeld dat de eisen die de zorgverzekeraar stelt aan de hoofdaannemer in beginsel niet een op een doorwerken in de relatie tussen de hoofdaannemer en de onderaannemer, tenzij deze eisen uitdrukkelijk van toepassing zijn verklaard en duidelijk is gemaakt welke eisen dit zijn.

In de zaak, die aanleiding heeft gegeven tot het arrest van 28 januari 2020, was het volgende aan de hand. De hoofdaannemer in deze kwestie, De Rozenhof, heeft gecontracteerd met zorgverzekeraar Menzis voor het verlenen van thuiszorg en heeft er daarbij voor gekozen om de zorgverlening uit te besteden aan een onderaannemer. De bedoelde onderaannemer betreft H&R Zorg. In verband met deze onderaanneming is tussen partijen een overeenkomst gesloten, waarbij is overeengekomen dat onderaannemer H&R Zorg zou moeten kunnen aantonen te voldoen aan de “eisen van de aanbesteding Zvw”, alsook aan de “gestelde verplichting door De Zorgverzekeraars”.

Enkele maanden na het sluiten van de overeenkomst is zorgverzekeraar Menzis een onderzoek naar de door De Rozenhof ingediende declaraties gestart. Menzis constateert dat de geleverde zorg niet voldoet aan de door Menzis gestelde eisen. Het ingezette personeel heeft niet het door Menzis vereiste scholingsniveau. Menzis heeft hierop volgend aangekondigd om de aan De Rozenhof uitgebetaalde bedragen terug te vorderen. Omdat De Rozenhof meent dat H&R Zorg niet aan de door Menzis gestelde eisen heeft voldaan, heeft zij de betaling van de facturen van H&R Zorg opgeschort.

Het hof overweegt dat de De Rozenhof jegens Menzis verplicht is om te voldoen aan specifieke eisen, en dat door Menzis aan De Rozenhof gestelde eisen in beginsel niet één op één doorwerken in de relatie tussen een hoofdaannemer en onderaannemer, in dit geval de De Rozenhof en H&R Zorg. Dit is of wordt anders als tussen contractspartijen uitdrukkelijk is overeengekomen dat een onderaannemer, zoals in dit geval H&R Zorg, is gehouden om de door Menzis gestelde voorwaarden na te komen.

Uit de tussen partijen geldende overeenkomst volgt dat de onderaannemer, H&R Zorg, moet voldoen aan de door Menzis gestelde ‘verplichting’. Wélke verplichting dat precies is, blijkt volgens het hof niet duidelijk uit de overeenkomst. Maar zelfs als dat al wel duidelijk zou blijken, dan zou het alsnog de taak van de hoofdaannemer, De Rozenhof, zijn om ervoor te zorgen dat de H&R Zorg met die verplichtingen bekend zou zijn of worden. In deze zaak is het hof van oordeel dat de De Rozenhof onvoldoende heeft gedaan om H&R Zorg bekend te maken met de genoemde eisen. Volgens het hof mag een hoofdaannemer, zoals in dit geval De Rozenhof, het uitbetalen van de door een onderaannemer zoals H&R Zorg ingediende facturen dan ook niet opschorten.

Uit dit arrest volgt dat zorgaanbieders die de feitelijke zorgverlening (deels) uitbesteden aan een onderaannemer, goede en duidelijke afspraken over de te leveren kwaliteit moeten maken. Zo moet dus in de onderaannemingsovereenkomst uitdrukkelijk worden bepaald dat de onderaannemer moet voldoen aan de door de zorgverzekeraar – aan de hoofdaannemer – gestelde eisen. Daarbij moet dus ook duidelijk zijn om welke eisen het dan precies gaat en is het daarnaast de verantwoordelijkheid van de hoofdaannemer dat de onderaannemer van de door de zorgverzekeraar gestelde eisen en voorwaarden op de hoogte is. Door bijvoorbeeld de eisen van de zorgverzekeraar als bijlage bij de onderaannemingsovereenkomst te voegen is al een begin gemaakt.

Heeft u vragen over onderaanneming in de zorg of wilt u hierover meer informatie, neemt u dan vrijblijvend contact op met Coen, Jacqueline, Sofie of Jeffrey.