De Belastingdienst maakt het makkelijker belastingschulden te saneren voor ondernemers

sanering belastingschulden

De Belastingdienst heeft met de ‘Tijdelijke instructie saneringen’ (hierna: de “Instructie”) beleid gepubliceerd voor de sanering van belastingschulden die zijn ontstaan door de coronacrisis. De Instructie is bedoeld voor ondernemingen die in de kern levensvatbaar zijn. Het uitgangspunt dat wordt gehanteerd volgt duidelijk uit de Instructie: bij twijfel, sanering van belastingschulden toekennen. Dit geldt voor zowel schuldsanering via buitengerechtelijke akkoorden als via WHOA-akkoorden. De voorwaarden die de Belastingdienst hieraan stelt, worden in dit artikel toegelicht.

Aanleiding voor de Instructie

Het pakket aan corona steunmaatregelen voor ondernemers bestond voor een groot deel uit fiscale maatregelen. Van de mogelijkheid om uitstel van betaling te krijgen is door ondernemend Nederland massaal gebruik gemaakt. De steunmaatregelen zijn inmiddels komen te eindigen en vanaf 1 april 2022 zijn ondernemers weer verplicht hun nieuwe belastingschulden te betalen. Ten aanzien van uitgestelde belastingen geldt een ruime betalingsregeling: ondernemers hebben vanaf 1 oktober 2022 vijf jaar de tijd hun uitgestelde belastingschuld af te lossen.

De verwachting is dat veel ondernemers de opgebouwde belastingschuld willen saneren via een schuldeisersakkoord (in welke vorm dan ook). Ook de Belastingdienst heeft deze verwachting. Dat is de reden dat de Belastingdienst de Instructie heeft geschreven, waarin uiteen wordt gezet hoe hij omgaat met saneringsverzoeken. De Instructie is in eerste instantie opgesteld ten behoeve van ondernemers die zijn getroffen door de coronacrisis, maar geldt voor alle ondernemers. De voorwaarden staan dus los van de oorzaak van de uitgestelde belastingschulden.

Het verzoek tot behandeling van saneringsakkoorden

Als eerste voorwaarde stelt de Belastingdienst dat het saneringsverzoek dient te worden ingediend via het door hem opgestelde voorgeschreven formulier. Bij het indienen van het formulier dienen in beginsel de volgende documenten te worden overgelegd:

  • een positieve externe beoordeling waaruit de levensvatbaarheid van de onderneming blijkt;
  • een akkoord met alle schuldeisers, met uitzondering van pand- en hypotheekhouders, leveranciers met eigendomsvoorbehoud en dwangcrediteuren, waaruit volgt dat wordt ingestemd met het saneringsakkoord;
  • een verklaring waarin gemotiveerd wordt beschreven hoe de financiële problemen zijn ontstaan[1]; en
  • een liquiditeitsprognose waaruit blijkt welke aflossingscapaciteit gedurende de komende 24 maanden naar verwachting beschikbaar zal zijn.

De beoordeling van het verzoek

Na ontvangst van het verzoek, onderzoekt de Belastingdienst onder meer of de onderneming levensvatbaar is na sanering van de schulden conform het saneringsakkoord. Dit kan blijken uit een verklaring van een bank, een accountant of, in het geval van een WHOA-akkoord, een herstructureringsdeskundige. Daarnaast zal de Belastingdienst nagaan of de belastingschulden te goeder trouw zijn ontstaan. Die goede trouw wordt, behoudens contra-indicaties, verondersteld aanwezig te zijn.

Naast levensvatbaarheid in de onderneming, eist de Belastingdienst dat het aan hem aangeboden bedrag substantieel is, zowel in absolute zin als in relatie tot de omvang van de belastingschuld. Daarnaast dient het bedrag het dubbele percentage te zijn van wat aan de concurrente schuldeisers wordt aangeboden. Onlangs heeft het kabinet echter laten weten de eis van het dubbele percentage los te laten als het gaat om coronaschulden. Dat de Belastingdienst onder omstandigheden afwijkt van de eis van het dubbele percentage, blijkt uit het toegewezen homologatieverzoek van Jurlights B.V. In dat WHOA-akkoord stemde de Belastingdienst in met de uitbetaling van 21% van de openstaande belastingvorderingen, terwijl de concurrente schuldeisers 16% uitbetaald kregen.

Tot slot wordt als eis gesteld dat het aannemelijk is dat de ondernemer zijn belastingschulden niet (volledig) kan betalen, ondanks de ruimhartige corona-uitstelmogelijkheden.

Conclusie

Met de Instructie heeft de Belastingdienst een voor de praktijk bruikbaar en helder beleid gepubliceerd. De Instructie biedt ondernemers laagdrempelig de mogelijkheid opgebouwde belastingschulden te saneren door een minnelijk of gerechtelijk akkoord dat zich slechts richt tot de Belastingdienst en concurrente schuldeisers die geen dwangcrediteur, leverancier onder eigendomsvoorbehoud of pand- of hypotheekhouder zijn. De Instructie biedt dus goede kansen om, al dan niet onder druk van een WHOA-akkoord, tot een minnelijk akkoord te komen, zelfs indien er aanzienlijke belastingschulden zijn. Wilt u meer weten? Neem dan contact met één van ons op.

[1] Deze verklaring kan worden opgesteld door de ondernemer, maar kan ook door een ander worden opgesteld, bijvoorbeeld door een advocaat.

Interessante artikelen voor u

Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken?