Nieuws

De Hoge Raad legt de werkingssfeerbepaling van de bedrijfstakregelingen Metaal & Techniek uit

Gepubliceerd op 8 nov. 2023

Industrie 224936086
Wederom een uitspraak over de vraag of een bepaalde werkgever onder de werkingssfeer valt van de bedrijfstakregelingen Metaal & Techniek (o.a. het Pensioenfonds Metaal & Techniek (PMT) en een aantal algemeen verbindend verklaarde cao’s), ditmaal van de Hoge Raad. Zoals wij eerder al schreven kunnen de gevolgen groot zijn als een werkgever ten onrechte geen pensioenpremies afdraagt. Maar, de discussie hierover kan ook lang duren! Zo dateert deze uitspraak van de Hoge Raad van 2023, maar loopt deze procedure al vanaf 2013 (en de discussie al vanaf 2006…).

Wat speelde er?

Het gaat hier om groep werkgevers die zich bezighoudt met rioleringswerkzaamheden. De werkgevers houden zich zowel bezig met werkzaamheden die wél onder de werkingssfeer vallen (werkzaamheden aan de binnen riolering), als met werkzaamheden die níet onder de werkingssfeer vallen (werkzaamheden aan de openbare riolering). De vraag die moet worden beantwoord is of de werkgevers verplicht zijn aangesloten bij de fondsen (waaronder het pensioenfonds). De procedure bij het hof duurde maar liefst zeven jaar! Uiteindelijk oordeelde het hof dat de werkgevers niet verplicht waren aangesloten. Het hof vond dat de fondsen er niet in waren geslaagd om aan te tonen dat het deel van de werknemers dat betrokken is bij bedrijfstakwerkzaamheden groter is dan het deel van de werknemers dat daar niet bij betrokken is. Volgens het hof bleek uit het deskundigenrapport dat de werknemers zowel worden ingezet voor werkzaamheden die onder de werkingssfeer vallen als voor werkzaamheden die daar niet onder vallen.

Wat maakt het zo lastig om vast te stellen of de onderneming onder de werkingssfeer valt?

Voor de vraag of een bedrijf onder de werkingssfeerbepaling valt is beslissend of hoofdzakelijk de in het verplichtstellingsbesluit genoemde werkzaamheden worden uitgevoerd (het zogenaamde hoofdzakelijkheidscriterium). Daarvoor moet worden onderzocht of “het aantal overeengekomen arbeidsuren van de in dienst zijnde werknemers die betrokken zijn bij de werkzaamheden zoals uitgeoefend in de omschreven takken van het bedrijf, groter is dan het aantal overeengekomen arbeidsuren van de in dienst zijnde werknemers die betrokken zijn bij werkzaamheden uitgeoefend in enige andere tak van het bedrijf.”

Wat vindt de Hoge Raad?

De Hoge Raad verwijst naar een eerder arrest (het Unis-arrest). In dit arrest heeft zij bepaald dat eerst moet worden bekeken welke werknemers betrokken zijn bij de in het verplichtstellingsbesluit genoemde werkzaamheden. Vervolgens moet worden geïnventariseerd hoeveel arbeidsuren de werkgever in totaal met deze werknemers is overeengekomen, ongeacht of deze werknemers gedurende al hun arbeidsuren bij deze werkzaamheden zijn betrokken. Daarna moet een vergelijking gemaakt worden met het totaal aantal overeengekomen arbeidsuren van de werknemers die betrokken zijn bij werkzaamheden die worden uitgeoefend in een andere tak van bedrijf. Het hof had weliswaar een deskundige aangewezen, maar deze heeft niet vastgesteld welke werknemers feitelijk betrokken waren bij de in de werkingssfeer genoemde activiteiten. De deskundige had alleen naar de arbeidsovereenkomsten gekeken, en daarin wordt geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende soorten werkzaamheden. Daarnaast vond de Hoge Raad dat het hof te zware eisen had gesteld aan de stelplicht van de fondsen. Dit terwijl de informatie over de feitelijke betrokkenheid van werknemers in het domein van de werkgevers lag. Dit laatste is voor de praktijk erg belangrijk. Een werkgever kan zich niet beroepen op het feit dat de bewijslast bij de fondsen ligt: op de werkgever kan een verzwaarde motiveringsplicht rusten. Over deze verzwaarde motiveringsplicht schreven wij al eerder in dit artikel. Kortom, zelfs 10 jaar na de start van deze procedure is er nog geen duidelijkheid. De Hoge Raad heeft de uitspraken van het hof vernietigd en bepaald dat het hof Arnhem-Leeuwarden de kwestie nog eens moet overdoen. Wordt vervolgd!

Belang van deze uitspraak

De uitspraak illustreert allereerst hoe lastig én langdurig een discussie over een werkingssfeerbepaling kan zijn. Ook wordt in de uitspraak onderstreept dat een werkgever zich er niet te makkelijk vanaf mag maken met de gedachte dat het aan het pensioenfonds is om te stellen en te bewijzen dat de werkgever onder de werkingssfeerbepaling valt. Heeft u vragen over de werkingssfeerbepaling van de cao Metaal & Techniek, Metalektro of de Verplichtstellingsbeschikking voor het bedrijfstakpensioenfonds voor de Metaal en Techniek of de Metalektro? Neem dan contact op met Marloes Stuurop of Joris van Haalen. Zij helpen u graag verder.

Meld je aan voor onze nieuwsbrief

Geen juridische updates missen? Maak dan een selectie uit de diverse expertises van Holla legal & tax.

Aanmelden nieuwsbrief