Nieuws

Update 'Inzagerecht van nabestaanden'

Gepubliceerd op 13 jul. 2023

Header - Commerciële contracten
Sinds de wetswijziging van 1 januari 2020 is het inzagerecht in het dossier van een overleden patiënt of cliënt wettelijk vastgelegd. In principe geldt de geheimhoudingsplicht van hulpverleners ook na het overlijden. Soms kunnen nabestaanden inzage in of afschrift van het medisch dossier krijgen van een overleden patiënt. Onder meer als diegene kan aantonen dat hij of zij een zwaarwegend belang heeft bij het verkrijgen van inzage. Wanneer is sprake van een zwaarwegend belang en hoe dient dit te worden onderbouwd? Op grond van de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (‘WGBO’) hebben hulpverleners een geheimhoudingsplicht. Dit houdt in dat een hulpverlener geen inzage mag gegeven in het medisch dossier van een patiënt zonder diens toestemming. De geheimhoudingsplicht werkt ook door na het overlijden van een patiënt. In beginsel mag een hulpverlener dus geen inzage geven in het medisch dossier van een overleden patiënt. De wet kent een aantal uitzonderingen op de geheimhoudingsplicht na overlijden. Zo mag de hulpverlener inzage in of afschrift van gegevens uit het dossier verstrekken aan een ieder met een zwaarwegend belang, die
  • aannemelijk maakt dat dit belang mogelijk wordt geschaad door de geheimhouding, en
  • dat de inzage noodzakelijk is voor de behartiging van dit belang (art. 7:458a lid 1 onder c BW).
Bij zo’n verzoek moet de hulpverlener een afweging maken tussen enerzijds het belang van nabestaanden om het medisch dossier in te zien en anderzijds de belangen van de patiënt die met het beroepsgeheim worden beschermd. De wetgever heeft op voorhand niet aangegeven wat geldt als zwaarwegend belang: de uitzonderingsgrond is vatbaar voor interpretatie en moet per geval worden beoordeeld. Wel worden hoge eisen gesteld aan het zwaarwegend belang. Bovendien moet de inzage in het dossier steeds worden beperkt tot de gegevens die noodzakelijk zijn ter behartiging van het zwaarwegend belang (artikel 7:458a lid 3 BW). De jurisprudentie biedt inzicht in welke belangen kunnen gelden als zwaarwegend belang om inzage in het dossier van een overleden patiënt te verkrijgen en de benodigde onderbouwing daarvan.

I. Onvoldoende aanwijzingen voor wilsonbekwaamheid

Er kan sprake zijn van een zwaarwegend belang bij het aanvechten van een rechtshandeling die is verricht door de inmiddels overleden patiënt, waarbij de eiser meent dat de patiënt wilsonbekwaam was ten tijde van het verrichten van de rechtshandeling. Voldoende onderbouwing van het zwaarwegend belang blijkt daarbij cruciaal, zo volgt uit een uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 20 februari 2023. In dit kort geding vroeg een dochter inzage in het medisch dossier van haar overleden moeder, die tot haar overlijden in een verzorgingshuis woonde. De dochter wilde in een bodemprocedure tegen haar zus met het medisch dossier kunnen aantonen dat hun moeder wilsonbekwaam was ter zake van het doen van betalingen aan de zus van in totaal € 14.805,-. Het verzorgingshuis had de inzage geweigerd. De dochter onderbouwde haar inzageverzoek met de stelling dat de huisarts in 2018 mondeling had medegedeeld dat de moeder aan beginnende dementie zou lijden. Ook verwees de dochter naar een indicatie die een geriater had afgegeven voor het verzorgingstehuis van 2018 en benoemde zij dat haar moeder in de war was wanneer zij haar bezocht. De voorzieningenrechter oordeelde dat de door de dochter aangedragen omstandigheden onvoldoende waren om een vermoeden van wilsonbekwaamheid te rechtvaardigen, omdat de stellingen niet concreet en niet objectief waren onderbouwd. De voorzieningenrechter wees het inzageverzoek af.

II. Goede nazorg aan nabestaanden

In de wetsgeschiedenis is het belang van een goede nazorg door hulpverleners al benadrukt. Met het oog op rouwverwerking zijn openheid en goede informatievoorziening immers belangrijk voor nabestaanden, volgens de wetgever. In de wetstoelichting is echter vermeld dat een louter emotioneel belang, zoals rouwverwerking, géén voldoende zwaarwegend belang voor inzage is. Het belang moet te objectiveren zijn. Op 15 oktober 2021 oordeelde de rechtbank Gelderland dat het belang van goede nazorg aan de ouders van hun overleden gehandicapte dochter in dat geval toch voldoende zwaarwegend was om hen afgifte te geven van een kopie van een geluidsopname van de meldkamer van de ambulance. De kantonrechter overwoog dat er in deze zaak specifieke omstandigheden waren die inzage toch rechtvaardigden. De kantonrechter vond van belang dat het ging om de stemopname van de overleden dochter, die bij haar ouders woonde en voor wie de ouders altijd gezorgd hebben. De ouders waren aanwezig geweest bij het 112-gesprek tussen de dochter en de centralist van de meldkamer. De dochter was vervolgens in het ziekenhuis onverwacht overleden. Bij een nazorggesprek hadden de ouders de stemopname al eerder beluisterd. De meldkamer hoopte daarmee dat het zou helpen bij de verwerking in het kader van de nazorg. In deze specifieke omstandigheden vond de kantonrechter dat het belang op goede nazorg kon worden aangemerkt als zwaarwegend belang.

III. Vermoeden medische fout na overlijden door suïcide

Op 26 januari 2022 wees de rechtbank Gelderland ook een inzageverzoek toe. In deze zaak vorderden de ouders inzage in het medisch dossier van hun aan suïcide overleden zoon. De zoon was overleden in de periode dat hij wegens psychische klachten onder behandeling was bij de zorgaanbieder. De ouders vermoedden dat het overlijden te wijten is aan een medische fout aan de zijde van de zorgaanbieder. De ouders ondersteunden hun standpunt onder meer met een audio-opname waarin een psychiater van de zorgaanbieder had gezegd dat de suïcidaliteit van de zoon niet goed was ingeschat. De rechtbank oordeelde dat de ouders het vermoeden van een medische fout, en daarmee het bestaan van een zwaarwegend belang, voldoende concreet hadden onderbouwd. Ook hadden de ouders voldoende aannemelijk gemaakt dat hun zwaarwegend belang (namelijk vaststellen of sprake is van een medische fout) zou worden geschaad als zij geen inzage zouden krijgen. Volgens de rechtbank hadden de ouders namelijk parallelle belangen aan de belangen van hun overleden zoon. Vermoedelijk zou hun zoon hebben gewild dat hun ouders inzage krijgen als sprake is van een medische fout. De rechtbank leidde uit de omstandigheden af dat de zoon vertrouwen stelde in zijn ouders en belang hechtte aan hun hulp en betrokkenheid bij zijn behandeling. De rechtbank overwoog dat het aannemelijk was dat de inzage noodzakelijk was voor de behartiging van het zwaarwegend belang. Daarom wees de rechtbank het inzageverzoek van de ouders toe.

Tot slot

Het zwaarwegend belang als uitzonderingsgrond op de geheimhoudingsplicht van de hulpverlener over het medisch dossier van een overleden patiënt is vatbaar voor interpretatie. Uit de jurisprudentie is af te leiden wanneer sprake is van een zwaarwegend belang en hoe dit dient te worden onderbouwd.

Meld je aan voor onze nieuwsbrief

Geen juridische updates missen? Maak dan een selectie uit de diverse expertises van Holla legal & tax.

Aanmelden nieuwsbrief