Beleidsbesluit fiscale maatregelen

Tax Update – Beleidsbesluit fiscale maatregelen coronavirus

Op 14 april jl. heeft de staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst enkele fiscale maatregelen aangekondigd in verband met de coronacrisis. Deze maatregelen zijn een aanvulling op het Noodpakket banen en economie van 17 maart 2020.

Het gaat onder andere om de volgende maatregelen:

1. Btw gevolgen van het ter beschikking stellen van zorgpersoneel

De uitleen van zorgpersoneel blijft onder voorwaarden buiten de heffing van BTW.

2. Btw gevolgen van het gratis verstrekken van medische hulpgoederen en apparatuur

Op de gratis verstrekking van medische hulpmiddelen aan zorginstellingen, zorginrichtingen en huisartsen hoeft geen BTW betaald te worden.

3. Verlaagd btw-tarief bij online aanbieden van sportlessen

Veel sportscholen en verglijkbare ondernemers bieden in deze periode waarin mensen zoveel mogelijk thuis moeten blijven online sportlessen aan. Het beleidsbesluit bevat de tijdelijke goedkeuring dat het verlaagde tarief dat geldt voor het aanbieden van een sportaccommodatie voor actieve sportbeoefening ook geldt voor de situatie dat deze sportlessen online aangeboden worden.

4. Grensarbeiders

Nederland en Duitsland hebben afgesproken dat belastingplichtigen in afwijking van het verdrag de extra thuiswerkdagen in verband met corona mogen behandelen conform waar onder normale omstandigheden zou worden gewerkt (de “reguliere” werkstaat). Met België is overleg over thuiswerkdagen nog gaande.

Duitsland, België en Nederland zijn het erover eens dat loondoorbetaling voor een periode van tijdelijke inactiviteit fiscaal moet worden behandeld conform waar onder normale omstandigheden zou worden gewerkt.

De Sociale Verzekeringsbank heeft aangekondigd dat thuiswerken geen gevolgen heeft voor de sociale verzekering. De aankondiging is hier te lezen. Dit geldt voor grensarbeiders of werknemers die werken in de Europese Unie (EU), de Europese Economische Ruimte ( EER) of Zwitserland.

5. Bepaalde wettelijke administratieve verplichtingen rondom de loonheffingen

Werkgevers hebben voor de loonheffingen bepaalde wettelijke administratieve verplichtingen. Hierbij kan gedacht worden aan het niet (tijdig) kunnen identificeren aan de hand van het originele identiteitsbewijs van een werknemer, waardoor in normale situaties het zogenoemde anoniementarief moet worden toegepast. Dit is een vast tarief van 52%.  De huidige omstandigheden kunnen meebrengen dat werkgevers deze verplichtingen niet, niet tijdig of niet geheel kunnen nakomen. De Belastingdienst neemt een soepel standpunt in als een werkgever of werknemer de tekortkoming in de administratieve verplichting voor zover mogelijk herstelt zodra dit kan. Voor het voorbeeld van de identificatieplicht betekent dit dat de toepassing van het anoniementarief achterwege kan blijven als de werkgever de identiteit van de werknemer alsnog vaststelt zodra hij daar in redelijkheid toe in staat is. 

6. Reiskostenvergoeding in de loonheffingen

Voor reiskosten bestaat de mogelijkheid een vaste onbelaste vergoeding af te spreken, bijvoorbeeld voor het woon-werktraject van de werknemer. Voor veel werknemers leiden de maatregelen rondom de coronacrisis wat betreft de kosten van vervoer tot een verandering van hun reispatroon. In bepaalde gevallen zouden deze veranderingen in het werkpatroon in een normale situatie meebrengen dat de werkgever de reiskostenvergoedingen zou moeten aanpassen of geheel of gedeeltelijk tot het loon moeten rekenen. Normaliter is dit het geval bij werknemers die langer dan zes weken thuiswerken.

In deze bijzondere omstandigheden vindt de staatssecretaris het echter ongewenst om de normaal geldende fiscale regels toe te passen. Daarom wordt in het beleidsbesluit geregeld dat de werkgever die een vaste reiskostenvergoeding aanbiedt hier nu in deze thuiswerktijden geen gevolgen aan hoeft te verbinden. Dit betekent dat de werkgever voor deze periode mag blijven uitgaan van het reispatroon waar de vergoeding al op gebaseerd was, ook als er langer dan zes weken wordt thuisgewerkt. De nieuwe tijdelijke regel geldt ook voor een vaste reiskostenvergoeding met nacalculatie.

Werkgevers mogen de vaste reiskostenvergoeding dus onbelast blijven uitbetalen zolang de coronamaatregelen gelden. Vooralsnog is dat tot en met 28 april 2020. Echter kan een werkgever er op basis van bijvoorbeeld bedrijfseconomische redenen ook voor kiezen om de reiskostenvergoeding stop te zetten. Het blijft dan wel zaak om na te gaan of dit arbeidsrechtelijk mogelijk is: wat hebben werkgever en werknemer onderling afgesproken over de reiskostenvergoeding en het al dan niet mogen stopzetten daarvan?

7. Invorderingsrente en belastingrente.

De percentages voor de invorderingsrente en belastingrente zijn gedurende 3 maanden verlaagd naar 0,01%. Omdat de invorderingsrente is gekoppeld aan de betalingskorting is de verlaging van het rentepercentage niet alleen begunstigend voor ondernemers. Voor de betalingskorting wordt namelijk hetzelfde wettelijke percentage gebruikt als voor invorderingsrente, waardoor de verlaging tot gevolg zou hebben dat ondernemers nagenoeg geen aanspraak meer kunnen maken op betalingskorting. Ondernemers die menen hiervan nadeel te ondervinden, kunnen bezwaar maken, waarna de betalingskorting alsnog zal worden toegekend. De te vergoeden invorderingsrente blijft op het bestaande niveau van 4%.

De “Kamerbrief beleidsbesluit fiscale maatregelen coronavirus” is hier te vinden.

De advocaten van Holla helpen u graag met al uw vragen omtrent de gevolgen van de uitbraak van Covid-19. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met onze belastingrechtspecialisten.