Nieuws

Ouder aansprakelijk voor door minderjarig kind veroorzaakt verkeersongeval?

Gepubliceerd op 10 mei 2023

Pexels brett sayles 977962
De NOS berichtte recentelijk dat in Nederland in 2022 de meeste verkeersdoden zijn gevallen sinds 2008.[1] Uit de onderliggende cijfers blijkt eveneens dat er vorig jaar 88.000 fietsers op de Spoedeisende Hulp zijn behandeld in verband met opgelopen letsel, waarvan 57.000 fietsers met ernstig letsel. Dat er door de jaren heen veel verkeersongevallen gebeuren in Nederland is ook zichtbaar in de jurisprudentie. Er wordt immers veel geprocedeerd over aansprakelijkheid in verkeerszaken. Een van de vragen die in dergelijke zaken kan opspelen is de volgende: kan een ouder aansprakelijk gehouden worden voor een door zijn kind veroorzaakt verkeersongeval? Deze vraag lag recentelijk voor aan de rechtbank Rotterdam.[2]

Juridisch kader

Alvorens de uitspraak van de rechtbank Rotterdam te bespreken, is het van belang om (kort) aandacht te besteden aan het juridisch kader van de aansprakelijkheid van een ouder. Art. 6:169 lid 1 BW bepaalt dat een ouder van een kind, dat jonger is dan veertien jaar, aansprakelijk is voor de door dit kind veroorzaakte schade als het om een als een doen te beschouwen gedraging van het kind gaat en deze gedraging aan het kind kan worden toegerekend als zijn leeftijd daaraan niet in de weg zou hebben gestaan. Voor de aansprakelijkheid van een ouder van een kind dat veertien of vijftien jaar oud is, geldt blijkens art. 6:169 lid 2 BW een minder streng regime inhoudende dat de ouder in beginsel aansprakelijk is voor de schade van het kind aan een derde toebrengt, tenzij de ouder kan aantonen dat hem niet kan worden verweten dat hij de gedraging van het kind niet heeft belet. In een recente procedure bij de rechtbank Rotterdam lag aan de rechter de vraag voor of de ouders van een 14-jarig kind aansprakelijk zijn voor een door dit kind veroorzaakt verkeersongeval.

Wat speelde er in deze procedure?

De feiten in deze kwestie waren als volgt. Op 28 mei 2018 heeft er een aanrijding tussen eiseres en een 14-jarige scholiere plaatsgevonden. Eiseres fietste eerst achter de scholiere en heeft de scholiere op enig moment geprobeerd in te halen. Terwijl eiseres deze inhaalmanoeuvre uitvoerde, sloeg de scholiere zonder haar hand uit te steken en/of achterom te kijken linksaf. De scholiere heeft eiseres geraakt, waardoor eiseres is gevallen. Ten gevolge van deze val heeft eiseres letsel opgelopen. In deze procedure vordert eiseres - onder andere - een verklaring voor recht dat de scholiere alsook haar ouders hoofdelijk aansprakelijk zijn voor haar schade. Op basis van het beschikbare bewijs oordeelt de rechtbank dat voldoende vast is komen te staan dat de scholiere is afgeslagen zonder haar hand uit te steken en/of om te kijken. De rechtbank oordeelt dan ook dat de scholiere een verkeersfout heeft gemaakt en daarmee onrechtmatig jegens eiseres heeft gehandeld. Derhalve dient de scholiere de door eiseres geleden schade te vergoeden. Aan de hand van de omstandigheden van het geval oordeelt de rechtbank dat niet is gebleken dat eiseres zelf schuldig is aan het ontstaan van het ongeval.

Kunnen de ouders aansprakelijk worden gehouden?

Vervolgens komt de rechtbank toe aan de vraag of de ouders van de scholiere zelf aansprakelijk kunnen worden gehouden voor de door het kind veroorzaakte schade. Eiseres baseert haar vordering op art. 6:169 BW en/of art. 6:162 BW. Relevant om te benadrukken is dat het kind veertien jaar was ten tijde van het ongeval. Derhalve is het 'mildere' regime van art. 6:169 lid 2 BW van toepassing. De rechtbank dient aldus te beoordelen of het de ouders te verwijten valt dat zij het gedrag van het kind voorafgaand aan het ongeval niet hebben belet. De rechtbank acht het niet ongebruikelijk dat ouders een kind van 14 jaar alleen naar school laten fietsen, aangezien kinderen van deze leeftijd over voldoende verkeersinzichten beschikken. Niet is gebleken dat het kind in de gegeven omstandigheden niet over dit verkeersinzicht beschikte. Aangezien het kind over dit verkeersinzicht beschikte, hoefden de ouders het kind niet onder begeleiding naar school te laten fietsen. Evenmin waren de ouders genoodzaakt om het kind met een ander vervoersmiddel naar school te laten gaan. Op basis van het voorgaande oordeelt de rechtbank dat het voor de ouders redelijkerwijs niet te voorkomen was dat het kind door een kleine onvoorzichtigheid een verkeersongeval veroorzaakte. De rechtbank oordeelt dan ook dat de ouders niet aansprakelijk zijn voor de schade van eisers op grond van art. 6:169 lid 2 BW.

Belang van deze uitspraak

De hier besproken uitspraak illustreert dat ouders onder omstandigheden aansprakelijk kunnen zijn voor een door een kind veroorzaakt verkeersongeval. Indien een kind jonger is dan veertien jaar dan zullen de ouders sneller aansprakelijk zijn op grond van art. 6:169 lid 1 BW. Indien een kind veertien of vijftien jaar oud is dan zijn de ouders in beginsel aansprakelijk voor een door hun kind veroorzaakte schadetenzij de ouders kunnen aantonen dat hen niet verweten kan worden dat zij de gedraging van het kind niet hebben belet. Daarbij dient het wel te gaan om een gedraging die los van de leeftijd van het kind als een onrechtmatige daad kwalificeert. [1] Zie: https://nos.nl/artikel/2471835-meeste-verkeersdoden-sinds-2008-vooral-toename-onder-75-plussers. [2] Rechtbank Rotterdam 15 februari 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:2541.

Meld je aan voor onze nieuwsbrief

Geen juridische updates missen? Maak dan een selectie uit de diverse expertises van Holla legal & tax.

Aanmelden nieuwsbrief