Nieuws
Compensatieregeling: UWV moet transitievergoeding toch compenseren
Gepubliceerd op 4 jan. 2022
Onze mensen
Onlangs oordeelde (ook) rechtbank Den Haag dat UWV een betaalde transitievergoeding toch dient te compenseren voor een pré-WWZ geval. Rechtbank Rotterdam oordeelde dit al eerder maar rechtbank Utrecht oordeelde anders. De stand is 2-1. Waar gaat het over?
Het gaat over zaken waarbij slapende dienstverbanden zijn beëindigd met betaling van transitievergoeding waarbij de werknemers al voor de inwerkingtreding van de WWZ (1 juli 2015) twee jaar arbeidsongeschikt waren. Het UWV stelt simpel gezegd: Op grond van de huidige wetgeving bestaat er weliswaar recht op compensatie maar op grond van diezelfde wet is de hoogte van de compensatie € 0,= omdat op moment van twee jaar ziekte de WWZ nog niet bestond. Daarmee ook geen wettelijke transitievergoeding, dus je komt op nihil uit. Aldus het UWV.
Beoordeling
De rechtbank Den Haag oordeelt anders. De compensatie is geregeld in artikel 7:673e BW. In lid 1 staan de voorwaarden geformuleerd en in lid 2 is de hoogte van de compensatie geregeld. Als de dag van twee jaar ziekte lag voor 1 juli 2015 dan knoopt UWV aan bij lid 2 en stelt de hoogte van de compensatie op nihil. Wat het UWV daarmee doet volgens de rechtbank, is een extra voorwaarde formuleren voor de verstrekking van de compensatie. Nu de verstrekking (lees: de voorwaarden) al in lid 1 is geregeld laat de uitleg die UWV geeft aan lid 2 zich niet goed rijmen met het wettelijk systeem. Een redelijke uitleg van de wet brengt mee dat als de ommekomst van twee jaar ziekte ligt vóór 1 juli 2015, dit niet in de weg staat aan compensatie van de transitievergoeding.
Onze mensen
Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken?
Meld je aan voor onze nieuwsbrief
Geen juridische updates missen? Maak dan een selectie uit de diverse expertises van Holla legal & tax.