Opleidingsvergoeding bij transfers

Opleidingsvergoeding bij transfers

To train or not to train? That’s the question (deel 1)

Een transfer van een jeugdige voetballer kan voor zijn oude club een leuke bijverdienste betekenen. Dit vanwege de opleidingsvergoeding die desbetreffende club mogelijk kan incasseren. Vreemd, of een goede stimulering tot opleiden? U leest het in deel 1 van ‘Opleidingsvergoeding bij transfers’.

De opleidingsvergoeding

De gedachte achter de opleidingsvergoeding is het belonen van Betaald Voetbalorganisaties (‘BVO’s’) en amateurverenigingen die zelf spelers opleiden. Op deze manier wil FIFA de opleiding van jonge spelers stimuleren. Door het vaststellen van een opleidingsvergoeding komen clubs uiteindelijk niet met lege handen te staan wanneer een op hun kosten opgeleide speler is overgenomen door een andere vereniging. In de ‘FIFA Regulations on the Status and Transfer of Players’ (‘FIFA RSTP’) is dan ook opgenomen dat nationale bonden verplicht zijn een systeem op te zetten waarin voetbalclubs financieel gewaardeerd worden voor het investeren in hun jeugdopleiding.[1] KNVB heeft een dergelijk systeem opgezet en verwerkt in ‘Het reglement overschrijvingsbepalingen algemeen, opleidingsvergoedingen en solidariteitsbijdrage van de KNVB’ (KNVB-reglement).

Nu het voetbalseizoen is afgelopen en clubs (mogelijk) oren hebben naar nieuwe spelers, is dit het juiste moment om te bespreken hoe deze opleidingsvergoeding wordt berekend en in welke gevallen deze dient te worden betaald. In deel 1 van het tweeluik ‘Opleidingsvergoeding bij transfers’ zullen wij dan ook aftrappen met nationale transfers waarop het KNVB-reglement van toepassing is. Daarbij kan bijvoorbeeld – mits aan alle vereisten is voldaan – worden gedacht aan transfers van jeugdspelers van een Nederlandse amateurvereniging naar een Nederlandse BVO.[2]

Voorwaarden

In artikel 3 en titel 3 van het KNVB-reglement staan de voorwaarden uiteengezet waaraan voetbalclubs (bij transfers zoals hiervoor omschreven) moeten voldoen om recht te hebben op een opleidingsvergoeding. Een Nederlandse club, waarbij een speler gedurende zijn opleidingsperiode als speelgerechtigd lid geregistreerd is geweest, ontvangt – uitzonderingen daargelaten – een opleidingsvergoeding wanneer een speler vóór het einde van het seizoen waarin de speler 20 wordt:[3]

  • bij een andere Nederlandse club een spelerscontract heeft getekend;
  • bij een andere Nederlandse club een opvolgend spelerscontract heeft getekend,[4] of;
  • in vijf bindende wedstrijden van het eerste elftal van een BVO is uitgekomen.

De opleidingsperiode bedraagt maximaal negen jaar. Het betreft de periode vanaf de leeftijdgrens voor JO11 tot en met de leeftijdgrens voor JO19, waarbij elk verenigingsjaar in deze periode geldt als één opleidingsjaar.

De hoogte van de vergoeding, die moet worden betaald, verschilt. Op dit moment – juli 2022 – moet door een BVO een vergoeding van € 1.609,- per opleidingsjaar van een jeugdspeler worden betaald. Voor een amateurvereniging, is de te betalen opleidingsvergoeding per opleidingsjaar afhankelijk van de divisie of klasse waarin het eerste team van deze club speelt op het moment van het sluiten van het contract met de speler. Het bedrag per opleidingsjaar is dan als volgt opgebouwd:[5]

– tweede en derde divisie:                                 € 600,-;
– vierde divisie en eerste klasse:                       € 500,-;
– tweede klasse en derde klasse:                      € 400,-; en
– vierde klasse en- vijfde klasse:                        € 300,-.

Mocht het contract gesloten worden op een ander moment dan op het einde van het seizoen, wordt de opleidingsvergoeding naar rato verdeeld met de club waar de speler onder contract heeft gestaan dat jaar.[6]

Slot

Aan de hand van dit artikel is duidelijk gemaakt hoe en waarom een Nederlandse (amateur)club voor het goed opleiden van een speler in het verleden, jaren later nog steeds geld kan verdienen. In deel 2 van deze serie zal op dezelfde wijze uiteen worden gezet, hoe de opleidingsvergoeding wordt berekend bij transfers waarop de FIFA RSTP van toepassing is.

Heeft u meer vragen over de opleidingsvergoeding bij een binnenlandse of buitenlandse transfer? Holla legal & tax is gespecialiseerd in sportrecht.

Wilt u meer interessante artikelen lezen over Sportrecht? Klik dan hier.

Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken? Neem dan contact op met Sjoerd Vincenten (advocaat bij Holla legal & tax).

[1] FIFA Commentary artikel 20 jo. annex 4.

[2] Voor een overzicht, zie artikel 1 van Het reglement overschrijvingsbepalingen algemeen, opleidingsvergoedingen en solidariteitsbijdrage van de KNVB.

[3] Artikel 3 lid 1 van het reglement overschrijvingsbepalingen algemeen, opleidingsvergoedingen en solidariteitsbijdrage van de KNVB; Artikel 3 lid 2 van het reglement overschrijvingsbepalingen algemeen, opleidingsvergoedingen en solidariteitsbijdrage van de KNVB.

[4] In dat geval komt de opleidingsvergoeding uitsluitend ten goede aan de laatste club waarbij de speler als speelgerechtigd lid geregistreerd is geweest; artikel 12 lid 3 sub b.

[5] Deze bedragen worden elke drie jaar herzien; Artikel 12 lid 6 Reglement overschrijvingsbepalingen algemeen, opleidingsvergoedingen en solidariteitsbijdrage van de KNVB.

[6] Artikel 12 lid 6 sub c van het reglement overschrijvingsbepalingen algemeen, opleidingsvergoedingen en solidariteitsbijdrage van de KNVB.

Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken?