Medische verklaring vereist handtekening

Voor Jurisprudentie Gedwongen zorg (‘JGz’) schreef Jeffrey Groen een annotatie bij de beschikking van de Hoge Raad van 21 januari 2022 (ECLI:NL:HR:2022:62). Deze zaak ging over een zorgmachtiging op grond van de Wet verplichte ggz (‘Wvggz’).

Een zorgmachtiging wordt verleend door de rechtbank. Die baseert haar oordeel voor een belangrijk deel op het professionele oordeel van een onafhankelijk psychiater, die de betrokkene heeft onderzocht. Die psychiater legt zijn bevindingen vast in een ‘medische verklaring’. Eerder had de Hoge Raad al geoordeeld dat de rechtbank een zorgmachtiging niet mag verlenen, als de medische verklaring niet door de psychiater is ondertekend. In deze zaak was de medische verklaring niet ondertekend, maar had de rechtbank de zorgmachtiging tóch verleend. De geneesheer-directeur had namelijk ter zitting verklaard dat de medische verklaring authentiek was en dat de psychiater onafhankelijk was. De Hoge Raad oordeelde dat het ontbreken van de handtekening van de psychiater niet kan worden gecompenseerd door uitlatingen van de geneesheer-directeur. De rechtbank had de zorgmachtiging dus niet mogen verlenen. De Hoge Raad vernietigde de beschikking van de rechtbank en bepaalde dat de rechtbank het verzoek om een zorgmachtiging te verlenen opnieuw moest beoordelen. In de annotatie worden een aantal uitspraken over dit onderwerp besproken.

Lees hier de volledige publicatie: Medische verklaring vereist handtekening