Wetsvoorstel:´Wet aanpak van woonoverlast´
Blaffende honden en bergen huisvuil in de tuin; woonoverlast is in Nederland een veelvoorkomend en hardnekkig probleem. In 2013 is door M. Vols onderzoek gedaan naar de aanpak van overlastveroorzakers. Hij concludeert in zijn proefschrift dat de overheid niet over de juiste juridische instrumenten beschikt om woonoverlast aan te pakken. Kamerlid Dijkhoff formuleerde mede naar aanleiding van dat onderzoek het initiatiefwetsvoorstel ‘Wet aanpak van woonoverlast’ (gepubliceerd op 7 maart 2014) om deze lacune in de wetgeving op te vullen.
Momenteel heeft de overheid grofweg twee mogelijkheden om in te grijpen bij woonoverlast; het geven van een bestuurlijke waarschuwing en sluiting van de woning. De eerste mogelijkheid heeft vaak geen effect, terwijl de tweede optie verstrekkende gevolgen heeft en veelal leidt tot verplaatsing van het probleem. De overheid moet gerichter kunnen optreden en maatwerk kunnen leveren.
De afgelopen twintig jaar zijn door de wetgever meerdere bevoegdheden geïntroduceerd om woningen te kunnen sluiten, zoals de Wet Victoria (artikel 174a Gemeentewet), de Rotterdamwet (artikel 17 Woningwet) en de Wet Damocles (artikel 13b Opiumwet). Geen van deze wetten heeft geleid tot het gewenste resultaat. Er blijft behoefte aan een effectiever instrument om woonoverlast aan te pakken.
In het initiatiefwetsvoorstel wordt artikel 151d toegevoegd aan de Gemeentewet. Op grond van deze nieuwe bepaling dient een ieder die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt (eigenaar, huurder, kraker of regelmatige gast) ervoor zorg te dragen dat door gedragingen in die woning of op dat erf geen bedreiging van de leefbaarheid of gevaar voor de gezondheid of veiligheid voor omwonenden ontstaat dan wel voortduurt. Indien deze plicht wordt geschonden kan de gemeenteraad bij verordening de burgemeester de bevoegdheid verlenen tot oplegging van een last onder bestuursdwang aan de gebruiker. Deze last krijgt vorm in een specifieke gedragsaanwijzing, die afhankelijk is van het soort overlast en de wensen en behoefte van de gemeente.
De gedragsaanwijzing is een besluit in de zin van de Awb. Indien de last niet wordt uitgevoerd kan de burgemeester een last onder dwangsom opleggen met de verplichting tot betaling van een geldsom. Mocht dit onvoldoende effect hebben dan kan de burgemeester ook door feitelijk handelen de overlast beëindigen, op kosten van de overlastveroorzaker.
Klik hier om het initiatiefwetsvoorstel te raadplegen.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met mr. Nina van Wylick, 073 61 61 100.