Praktische do´s en dont´s voor een onderneming in zwaar weer

Ondernemingen die in zwaar weer komen te verkeren zijn (helaas) aan de orde van de dag. Aan het handelen van de bestuurders (of feitelijk leidinggevenden) van een onderneming die in zwaar weer verkeert kunnen juridische risico’s verbonden zijn. Aansprakelijkheid van de onderneming, persoonlijke aansprakelijkheid van de bestuurder zelf, vernietiging van de rechtshandeling of zelfs strafrechtelijke vervolging van een bestuurder zijn voorbeelden van deze juridische risico’s. Een veelvoorkomende vraag van een bestuurder van een onderneming in zwaar weer aan zijn adviseur is dan ook: hoe moet ik mij gedragen met het oog op deze risico’s?

Enkele praktische do’s en don’ts voor bestuurders van ondernemingen in zwaar weer:

Onderzoek de financiële administratie, de lopende contracten en financieringsdocumentatie van de onderneming. Om inzicht te krijgen in de financiële positie van de onderneming is het voeren van een accurate financiële administratie een belangrijke voorwaarde. Een bestuurder is hiertoe ook verplicht op grond van de wet. Met het onderzoek naar de lopende contracten en financieringsdocumentatie zouden de eventuele onregelmatigheden of (financiële) risico’s aan het licht moeten komen, die wellicht alsnog kunnen worden hersteld of waarvoor een voorziening getroffen kan worden. Bovenal kan dit onderzoek kansen inzichtelijk maken die de onderneming uit het zwaar weer zouden kunnen helpen.

Inventariseer op basis van bovengenoemd onderzoek de perspectieven voor de onderneming.
In dat kader kan er een onderscheid worden gemaakt tussen twee stadia:
(i) de onderneming is in zwaar weer gekomen waarbij weliswaar het risico bestaat dat de onderneming failleert, maar er nog wel reële overlevingskansen zijn voor de onderneming (stadium I); en
(ii) het faillissement van de onderneming en een tekort daarin voor de schuldeisers van de onderneming is (nagenoeg) onafwendbaar en de bestuurder ziet daarmee geen reële overlevingskansen meer voor de onderneming (stadium II).
De risico’s die zijn verbonden aan het handelen van een bestuurder, zijn mede afhankelijk van het stadium (I of II) waarin de onderneming zich bevindt. Bij het vaststellen van de perspectieven dient een bestuurder zijn overwegingen goed te documenteren en de financiële prognoses voor de onderneming goed te (laten) onderbouwen met het oog op een eventuele gerechtelijke procedure en/of een actie door de curator in een opvolgend faillissement.

Herstructureer met beleid; aan een herstructurering kunnen juridische risico’s verbonden zijn. Met herstructurering wordt hier bedoeld het afstoten of aantrekken van activa (waaronder deelnemingen) en/of het herverdelen van schulden of vorderingen binnen het concern. Veelal wordt de focus daarbij gelegd op de sterke schakels (maatschappijen) van het concern en beoogt men de zwakke schakels op te heffen of af te stoten mede met het oog op het besmettingsrisico: het faillissement van de ene maatschappij resulteert ook in het faillissement van de andere maatschappij. Stel een deugdelijk onderbouwd plan op voor een eventuele herstructurering, betrek daarbij (tijdig) ook de bank waar nodig en breng naast de juridische en financiële kruisverbanden, ook de operationele verwovenheid van de maatschappijen binnen het concern in kaart.

Aan het betalen, verrekenen en innen van schulden/vorderingen kunnen juridische bezwaren kleven; wees hierop bedacht. Denk hierbij aan het onbetaald laten van één specifieke leverancier, het verrekenen van intercompany schulden of het verkopen van een debiteurenportefeuille tegen een forse korting op de factuurbedragen.

Hou bij al het handelen de algemene stelregel in gedachten: wat zou een redelijk handelend bestuurder in dezelfde situatie doen of hebben gedaan? Wanneer het antwoord op deze vraag afwijkt van de (voorgenomen) handeling, is de kans op persoonlijke aansprakelijkheid (en in een uiterst geval, strafrechtelijke vervolging) groter. Twijfelt de bestuurder of een handeling met het oog op deze risico’s verstandig is, dan doet hij er verstandig aan hierover tijdig advies in te winnen.

Wilt u meer weten klik dan hier voor het volledige artikel “Do’s en Don’ts bij een onderneming in zwaar weer”, geschreven door M.R.J. Linck, ftV Juli/Augustus 2014, p. 23 e.v.. U kunt ook contact op nemen met Monieke Linck, 073 61 61 100.