Paaspop zet de toon in het omgevingsrecht

Paaseitjes

Nieuw criterium belanghebbendheid

Wat hebben Paaspop en de Raad van State met elkaar te maken? Dit evenement is de opstap geweest naar een nieuw criterium in het omgevingsrecht, om te bepalen wie er beroep kan instellen tegen een omgevingsvergunning.

Niet iedereen kan beroep instellen bij de bestuursrechter, daarvoor moet je belanghebbende zijn. Wie is er belanghebbende bij een omgevingsvergunning milieu? Jarenlang was bepalend of het “aannemelijk was dat iemand de milieugevolgen zou kunnen ondervinden” van het overlast veroorzakende bedrijf. In welke mate, dat was niet relevant. Afhankelijk van de aard van de overlast, bijvoorbeeld geluid of geur, kon de afstand tussen belanghebbende omwonenden en het bedrijf groter zijn. Hoe meer geluid er immers wordt geproduceerd, hoe verder weg dat nog te horen is.

Toen een omwonende beroep instelde tegen de omgevingsvergunning milieu die was afgegeven voor het evenement Paaspop, heeft de Raad van State in 2014 voor het eerst een ander criterium toegepast. De omwonende werd niet-ontvankelijk verklaard. Het geluid van het evenement was in de tuin wel te horen, maar volgens de controlerende ambtenaar niet erg luid. Volgens de Raad van State ondervond die persoon als gevolg van het festival geen “hinder van enige betekenis”.

Even was het de vraag of de Raad van State hiermee had bedoeld een nieuwe koers te gaan varen, of dat dit criterium speciaal voor evenementen van toepassing zou zijn. Dit laatste zou niet onlogisch zijn, omdat er bij een evenement dusdanig veel geluid wordt geproduceerd dat een groot aantal mensen de milieugevolgen daarvan kan ondervinden. Door te vereisen dat iemand ook hinder van enige betekenis moet ondervinden, zou daarmee voor dat type activiteiten strenger kunnen worden getoetst welke omwonenden de omgevingsvergunning in beroep kunnen aanvechten.

Op 16 maart 2016 heeft de Raad van State duidelijkheid gegeven in een uitspraak over evenementen bij attractiepark Walibi. In deze uitspraak past de Raad van State het ‘Paaspop-criterium’ toe. Tegelijk maakt de Raad van State duidelijk dat dit criterium niet alleen voor evenementen geldt. Vanaf nu zal dit criterium standaard worden toegepast in het omgevingsrecht. Voortaan moet iemand die beroep instelt dus aannemelijk moeten maken dat hij “hinder van enige betekenis” zal ondervinden van de vergunde activiteit. Of de activiteit wordt vergund via een omgevingsvergunning of het bestemmingsplan, maakt daarbij geen verschil.

Hoe groot moet hinder zijn om enige betekenis te hebben? Toekomstige jurisprudentie zal dat moeten uitwijzen.

De uitspraak van de Raad van State met nummer 201504206/1/A4 is te vinden op www.raadvanstate.nl.