Franchiseovereenkomst: Informatieplicht in precontractuele fase in rechtsvergelijkend perspectief

europa

Inleiding

Indien een Nederlandse franchisegever (FG) onderhandelingen aanknoopt met een potentiële franchisenemer (FN) die niet in Nederland is gevestigd is het de vraag welk recht van toepassing is op die onderhandelingen en of, indien Nederlands recht toepassing mist, er in andere rechtsstelsels informatieverplichtingen van FG bestaan binnen die precontractuele fase.

In dit artikel wordt kort ingegaan op de situatie in Frankrijk, België, Italië en Duitsland.

Internationale onderhandelingen

Het is verstandig om in de onderhandelingen gebruik te maken van een letter of intent, waarin wordt afgesproken door welk recht de aangegane onderhandelingen worden beheerst. Wordt er geen letter of intent gesloten met een daarin uitgebrachte rechtskeuze en monden de onderhandelingen niet uit in een overeenkomst maar worden deze afgebroken, dan dient te worden bezien of er schadeplichtigheid is ontstaan wegens het niet rechtmatig afbreken van de onderhandelingen. Dat dient dan te worden bepaald aan de hand van het recht dat van toepassing zou zijn geweest op de overeenkomst indien deze wel was gesloten. Dat is dan in principe het recht van het land waarin de potentiële FN gevestigd is.

Precontractuele fase Frankrijk

Naar Frans recht bestaat er een verplichting voor FG om aan de kandidaat-FN bepaalde nader in de Wet omschreven informatie te verstrekken (DIP: Document d’ Information Précontractuelle). Uiterlijk 20 dagen voordat de franchiseovereenkomst kan worden ondertekend dient FG, op straffe van hoge boetes, nadere informatie te verstrekken onder andere omtrent de historie van de franchiseorganisatie, het merk, de omvang van het franchisenetwerk, de aard en de hoogte van de onkosten/investeringen die noodzakelijk zijn voor het op kunnen starten. Ook moet een concept van de franchiseovereenkomst worden aangeleverd waarin in ieder geval duidelijke bepalingen zijn opgenomen omtrent de duur, de beëindiging, de verlenging en de exclusiviteit. FG is niet verplicht tot het doen van een uitvoerig markt- en vestigingsonderzoek en hoeft geen prognose omtrent winstgevendheid af te geven maar moet wel vergelijkende gegevens van andere FN’s afgeven. FN is zelf verantwoordelijk voor het uitvoeren van een eigen markt- en vestigingsonderzoek, de mogelijkheid om potentiële klanten aan te werven, de keuze van de plaats en de winstgevendheid. Leeft FG de informatieverplichtingen niet na, dan kan FN de overeenkomst vernietigen op grond van dwaling of bedrog.

Precontractuele fase België

Ook in België is er sprake van een precontractueel informatiedocument, dat in de Wet verankerd is. Minimaal één maand voor de ondertekening van de franchiseovereenkomst dient FG een concept van de overeenkomst aan de kandidaat-FN te verstrekken alsmede een separaat overzicht met de belangrijkste contractuele bepalingen en de nodige sociale economische gegevens, waaronder de jaarrekeningen. Indien FG deze verplichting verzaakt, kan FN de nietigheid van de franchiseovereenkomst inroepen.

Precontractuele fase Italië

Ook in Italië bestaat er een in de Wet neergelegde verplichting voor FG om 30 dagen voor de ondertekening van de overeenkomst een conceptovereenkomst bij de kandidaat-FN aan te reiken, alsmede jaarrekeningen, informatie over de merken en de organisatie van FG, een lijst met de namen van de overige FN’s en de karakteristieke kenmerken van het netwerk. De conceptovereenkomst moet noodzakelijkerwijze melding maken van de aard en de hoogte van de eerste nodige investeringen, de berekening en de betaling van de franchisefee, de exclusiviteit, de specifieke knowhow, de technische/commerciële bijstand en het gebied.

Precontractuele fase Duitsland

Net als in Nederland is er in Duitsland geen specifieke Wet die is toegesneden op franchiseovereenkomsten. In de rechtspraak is een zogenaamde vorvertragliche Aufklärungspflicht ontwikkeld. Voordat de overeenkomst wordt ondertekend moet gedurende een redelijke termijn

(2 tot 4 weken) van tevoren aan FN informatie worden verstrekt over de gemiddelde jaaromzetten van de FN’s, de franchiseorganisatie, FG, noodzakelijke investeringen, maar moet ook een realistische inschatting worden gemaakt van de winstgevendheid op basis van juiste en te controleren informatie. Ook in Duitsland hoeft geen vestigingsplaatsonderzoek of marktonderzoek ter plaatse te worden uitgevoerd door FG. Wel moet FG informatie verstrekken omtrent ontwikkelingsperspectieven, de duur, de beëindiging, de opzegging en de verlenging. Doet FG dat niet, dan wordt de franchiseovereenkomst met nietigheid bedreigt. In Duitsland bestaan echter ook in de rechtspraak verankerde verplichtingen voor FN om informatie te verstrekken aan FG, zoals informatie over het eigen kapitaal, de ervaring van FN, zijn kwalificaties en zijn opleiding.

Advies

Daar er geen overkoepelend Europees franchiserecht is, is bijstand door een deskundige franchiseadvocaat ter plaatste altijd wenselijk. Indien een Nederlands franchiseconcept in het buitenland wordt uitgezet, dient altijd toetsing ter plaatse plaats te vinden. Een letter of intent is verkieslijk voor de onderhandelingen. De verplichtingen van FG om in de precontractuele fase informatie te verstrekken aan de kandidaat-FN lopen uiteen.

Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u terecht bij Ferry Weelen.

Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken?