De gevolgen van de Brexit op de Nederlandse werknemer in het Verenigd Koninkrijk (2/3)

Aangepast op 4 januari 2021

In onze vorige arbeidsrechtelijke aflevering van de artikelenreeks What’s for Brexit kwam aan de orde wat de gevolgen zijn van de Brexit voor de Britse werknemer die in Nederland werkt. In deze aflevering wordt de tegenovergestelde situatie besproken: de Nederlandse werknemer die in het Verenigd Koninkrijk werkt of gaat werken.

Zoals in de vorige aflevering aangekaart, gold een Brexit-overgangsperiode tot en met 31 december 2020. Gedurende deze periode bleven alle EU-regels en -wetten voor het Verenigd Koninkrijk gelden. Dat betekende dat ook het vrije verkeer van werknemers bleef gelden: het stond de Nederlandse werknemer vrij om in het Verenigd Koninkrijk te wonen en te werken (en ook andersom). Tot en met 31 december 2020 veranderde er voor grensoverschrijdende werknemers dus niets. Maar het Brexit-akkoord heeft behoorlijk wat gevolgen voor de Nederlandse werknemer in het Verenigd Koninkrijk. Deze gevolgen worden hieronder besproken.

Points-based immigration system

Het Verenigd Koninkrijk hanteert vanaf 1 januari 2021 een zogenoemd points-based immigration system voor alle buitenlandse burgers, ongeacht of zij afkomstig zijn van binnen dan wel van buiten de EU, EER of Zwitserland. Het Verenigd Koninkrijk geeft voorrang aan individuele competenties en talent, boven het land van afkomst. Op basis van het puntensysteem kan een immigrant in aanmerking komen voor vier verschillende soorten visa: seizoenarbeiders, studenten, skilled workers en global talent-immigranten. Elk visum kent een verschillend puntensysteem en specifieke eisen. Het voert te ver om dit hier allemaal uitgebreid te bespreken, zie voor meer informatie de website www.gov.uk.

Voor Nederlandse werknemers die vóór 1 januari 2021 al in het Verenigd Koninkrijk verbleven en werkten geldt dat zij tot en met 30 juni 2021 de mogelijkheid hebben om een aanvraag te doen onder het EU Settlement Scheme, als zij in het Verenigd Koninkrijk willen blijven wonen en werken na 30 juni 2021.

Werknemersbescherming

Met het Brexit-akkoord heeft het Verenigd Koninkrijk ermee ingestemd dat het de arbeidsrechtelijke rechten niet zal verminderen of verzwakken tot onder de normen die reeds op 31 december 2020 in het Verenigd Koninkrijk bestonden – maar alleen voor zover dit gevolgen heeft voor de handel of de investeringen. Deze ‘non-regression clause’ strekt zich uit tot onder meer de fundamentele rechten, gezondheids- en veiligheidsnormen, eerlijke arbeidsvoorwaarden en -normen, medezeggenschapsrechten en herstructurering van ondernemingen.

De mogelijkheden van het Verenigd Koninkrijk om belangrijke wijzigingen aan te brengen in het arbeidsrecht worden dus – zij het tot op zekere hoogte – beperkt. Het idee achter de non-regression clause is dat een ‘level playing field’ tussen in het Verenigd Koninkrijk en in de EU gevestigde werkgevers wordt gecreëerd. Grote veranderingen, zoals bijvoorbeeld het afschaffen van de arbeidstijdenregelgeving of het schrappen van de wetgeving inzake uitzendkrachten, hebben zeer waarschijnlijk gevolgen voor de handel, aangezien dit de Britse werkgevers een duidelijk concurrentievoordeel zou opleveren. Kleinere veranderingen, zoals het wijzigen van een bepaald aspect van de vakantieregels, zouden de handel waarschijnlijk niet op dezelfde manier beïnvloeden en daarom mogelijk toegestaan zijn.

Een ander gevolg is dat het Verenigd Koninkrijk niet langer gebonden is aan de toekomstige rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJEU), en dat bepaalde gerechtelijke instanties in het Verenigd Koninkrijk (zelfs) van reeds bestaande uitspraken van het HvJEU kunnen afwijken, indien zij dit ‘juist’ achten. Ondanks het feit dat het Verenigd Koninkrijk niet langer onderworpen is aan een gerechtelijke procedure van het HvJEU, biedt een arbitrageprocedure een nieuwe manier voor de EU om het Verenigd Koninkrijk op de naleving van het akkoord te toetsen en eventueel ‘rebalancing measures’ te treffen. Dit is het geval als het Verenigd Koninkrijk afwijkt van de regelgeving van de EU op een wijze die een wezenlijk effect heeft op de handel of de investeringen.

Ook hier voert het te ver om alle arbeidsrechtelijke wijzigingen in dit artikel te bespreken. Voor meer informatie die op dit moment beschikbaar is verwijzen wij naar het Brexit-akkoord.

Het voorgaande betekent niet dat de arbeidsomstandigheden en de rechten voor (grensoverschrijdende) werknemers die in het Verenigd Koninkrijk werken vanaf 1 januari 2021direct ongunstig zijn of snel zullen worden. Het Verenigd Koninkrijk is namelijk nog steeds gebonden aan haar eigen, op EU-recht gebaseerde, (grond)wet en regelgeving. Tot op zekere hoogte krijgt het Verenigd Koninkrijk echter wel vrij spel daarin, nu zij niet hoeft te voldoen aan de EU-wet en -regelgeving voor zover een afwijking geen effect heeft op de handel of investeringen en zij daar slechts beperkt op gecontroleerd kan worden. Hoewel dit op korte termijn hoogstwaarschijnlijk niet het geval zal zijn, kunnen – en zullen – werkgevers die gevestigd zijn in het Verenigd Koninkrijk van deze afwijkingsmogelijkheid op termijn gebruik maken.

Conclusie

De Brexit(-deal) heeft tamelijk ingrijpende gevolgen voor de Nederlandse werknemer die in het Verenigd Koninkrijk werkt of in de toekomst wil gaan werken. Zo hanteert het Verenigd Koninkrijk strengere toelatingseisen en zullen de arbeidsomstandigheden, arbeidsvoorwaarden en rechten van werknemers tot op zekere hoogte niet meer getoetst hoeven te worden aan de (beschermende) EU-wet-, -regelgeving en -rechtspraak.

In de volgende aflevering komen de gevolgen voor de sociale zekerheid aan bod. Kunnen Nederlandse werknemers die tijdelijk gaan werken in het Verenigd Koninkrijk hun sociale zekerheidsrechten bijvoorbeeld zonder meer voortzetten? Stay tuned!